Transplantaten van menselijke stamcellen groeien uit tot neuronen en hechten zich in het ruggenmerg van de rat

14-02-2007

Menselijke zenuwproducerende stamcellen, die getransplanteerd waren in het beschadigde ruggenmerg van ratten, zijn in leven gebleven, gegroeid en zijn in sommige gevallen aangehecht aan de eigen ruggenmergcellen van de rat. Dit gebeurde in een onderzoekslaboratorium van Packard en bracht de lang bestaande overtuiging, dat ruggenmerg geen zenuwherstel toelaat, ten val.

Een rapport over de experimenten zal deze week online gepubliceerd worden bij PLoS Medicine, een peer-reviewed online wetenschappelijk tijdschrift. Het werk “vestigt een nieuwe doctrine voor regeneratieve neurowetenschap”, zegt Vassilis Koliatsos, M.D., en ook medeprofessor van de afdeling neuropathology in Johns Hopkins.

“Het toont aan dat het ruggenmerg, een deel van het zenuwstelsel dat onbekwaam geacht werd om zichzelf te herstellen, de ontwikkeling van getransplanteerde cellen kan stimuleren,” voegt hij toe.

“We weten nog niet of de connecties die we gezien hebben zenuwsignalen kunnen doorgeven tot op zo’n niveau dat men een rat terug zou doen kunnen lopen,” zegt hij.

“We zijn nog in de proeffase, maar we boeken vooruitgang en we zijn gestimuleerd.”

In haar experimenten bezorgde het team van Koliatsos aan verdoofde ratten een aantal uiteenlopende ruggenmergletsels, die in staat zijn om motorneuronen te beschadigen of te vernietigen. Bij wijze van onderzoek, voerden ze nepoperaties uit. De gevarieerde experimentele criteria toonden aan dat de aan- of afwezigheid van ruggenmergletsels een effect had op het overleven en het groeien van menselijke stamcel transplantaten.

Twee weken na de gevarieerde ingrepen werden menselijke zenuwstamcellen geïnjecteerd in de linkerkant van het ruggenmerg van elke rat.

Na zes maanden trof het team meer dan 3 keer zoveel menselijke cellen aan in het beschadigde ruggenmerg, dan ze geïnjecteerd hadden. Dit wijst erop dat de getransplanteerde cellen niet enkel overleefden, maar zich ook minstens 2 maal opsplitsten om zo meer cellen te vormen.

Daarenboven, zegt Koliatsos, ontwikkelen de cellen zich niet enkel in de zone rond de oorspronkelijke injectie, maar migreerden ze ook over een veel grotere ruggenmergzone.

Drie maanden na de injectie vonden de onderzoekers het bewijs dat sommige van de getransplanteerde cellen zich ontwikkeld hadden in support cellen, “gliacellen”, veeleer dan in zenuwcellen, alhoewel de meerderheid zich ontwikkelde tot volgroeide zenuwcellen.

Bij onderzoek onder krachtige microscopen leken de zenuwcellen contact gemaakt te hebben met de eigen ruggenmergcellen van de rat.

Het onderzoek werd gefinancierd door het Robert Packard Center voor ALS onderzoek bij Johns Hopkins, het Nationaal Instituut voor Neurologische Stoornissen en Beroertes, en de Vereniging voor Musculaire Dystrofie. Auteurs van de verhandeling zijn Jun Yan, Leyan Xu, Annie M. Welsh, Glen Hatfield en Koliatsos, allen van Johns Hopkins, en Thomas Hazel en Karl Johe van Neuralstem van Rockville, Md.

Bron: www.alscenter.org

Vertaling: Joke Mulleners

Share