Wetenschappers van HudsonAlpha werken samen om een gen te ontdekken dat het risico op de ontwikkeling van ernstige neurodegeneratieve aandoeningen verdubbelt

06-05-2020

HudsonAlphaRichard M. Myers, PhD, en Nicholas Cochran, PhD, in het Myers Lab bij het HudsonAlpha Institute voor Biotechnology.

(Huntsville, Ala.) – Wetenschappers van het HudsonAlpha Institute for Biotechnology, de Universiteit van Californië, San Francisco (UCSF), en de Universiteit van Alabama in Birmingham (UAB), hebben een nieuwe risicofactor voor verschillende neurodegeneratieve aandoeningen geïdentificeerd.

“Bewijs vinden voor een risicofactor die meespeelt in verschillende neurodegeneratieve aandoeningen is spannend,” zei Richard M. Myers, PhD, HudsonAlpha president en wetenschapsdirector. “We weten al dat deze aandoeningen sommige pathologieën delen. Dit werk toont dat de onderliggende oorzaken van die pathologiëen misschien ook gedeeld zijn.”  

In deze studie, gepubliceerd op 23 april in het American Journal of Human Genetics, hebben onderzoekers volledige genomen van meer dan 1,100 personen geschikt en geanalyseerd. Ze vonden dat een zeldzame variatie in het TET2 gen het risico op de ontwikkeling van aandoeningen als de ziekte van Alzheimer, amyotrofische laterale sclerose (ALS) en frontotemporale dementie (FTD) bijna verdubbelt.

“Het project zou niet mogelijk zijn geweest zonder de uitgebreide samenwerking tussen verschillende instituties,” zegt eerste auteur Nicholas Cochran, PhD, een senior onderzoeker in het Myers Lab. “Je bent uiteindelijk in staat om dingen te vinden die je niet kan vinden als je alleen werkt.”

Jennifer Yokoyama, PhD, een assitent professor in neurologie in USCF, werkte met Cochran aan technische details. Zij was ook de contactpersoon voor de verzameling van monsters. De meerderheid van de monsters gebruikt voor het project warden verzameld over verschillende decennia in het USCF Memorie and Aging Center en daarna geschikt en geanalyseerd bij HudsonAlpha.  

Wanneer het onderzoeksteam de rangschikkingsresultaten had, analyseerden ze de genomen van 493 personen met AD, ALS of FTD en 671 gezonde personen. Veel van de patiënten hadden vroegtijdige versies van neurodegeneratieve aandoeningen, wat suggereert dat het waarschijnlijker is dat er een genetische component meespeelt in hun aandoening. Tijdens de genoomanalyse keken de onderzoekers zowel naar coderende en niet-coderende regio’s van het genoom voor DNA-volgorde varianten, een strategie die toeliet om zekerder te zijn dat de mogelijke genen die zij bekwamen ‘the real deal’ waren.

“We begonnen zonder vermoedens over wat we zouden kunnen bekomen, dus we zijn verheugd dat we een nieuwe genetische associatie gevonden hebben,” zei Cochran. TET2 is verheugend in het bijzonder omdat het een proteïne codeert dat DNA demethylering katalyseert. Voorafgaand onderzoek heeft aangetoond dat DNA methylering gebeurt tijdens het ouder worden, dus de auteurs stelden de hypothese dat mutaties in het gen kunnen leiden tot een fautief TET2 proteïne dat de veroudering van het brein verstoort en meewerkt aan de ontwikkeling van neurodegeneratieve aandoeningen.  

“Soms hebben we een treffer en is het moeilijk om te begrijpen wat er eigenlijk gebeurt,m aar TET2 heeft reeds vastgestelde rollen in het brein. Daarom houdt deze bevinding steek,” legt Cochran uit.

Nadat het team TET2 identificeerde, keken zij naar vorige gegenereerde genetische data van meer dan 32,000 gezonde personen en personen met neurodegeneratieve aandoeningen. Deze data bevestigt dat varianten in TET2, zowel in proteïne coderende als niet-coderende regio’s, vaker aanwezig zijn in de genomen van personen met AD, ALS of FTD dan in de genomen van gezonde personen. De volgende stappen zullen focussen op hoe veranderingen in TET2 niveaus of functies kunnen bijdragen tot veroudering en neurodegeneratieve aandoeningen.

 

Vertaling: Annelore Knoors

Bron: EurekAlert!

Share